Nieuwe discipelen in Laos: “We leren niet zomaar theorie uit de Bijbel”
Meer en meer lijken op Jezus, dat is wat de jonggelovigen in Laos willen en leren door onder andere te dienen en er niks voor terug te verwachten. Tijdens de discipelschapstraining leren ze niet zomaar theorie uit de Bijbel, ze passen het ook meteen toe. Ze leren speciale vaardigheden zoals metaalbewerking en runnen een koffiebar om hun landgenoten te dienen in de liefde van Jezus. Als de opleiding is afgerond worden zij door het hele land uitgezonden om levende gemeenschappen van Jezus-volgers te stichten. Ailani en Tik zijn prachtige voorbeelden van zo’n jonggelovige.
Zoals Ailani
Ailani* komt uit een Boeddhistisch dorp in Zuid-Azië. Een klein dorp, in de ban van de geestenwereld. Dagelijks werd er geofferd. Voedsel voor de kleine dingen, vlees of gevogelte om een zieke te genezen. “We brachten kleren van de zieke naar onze medicijnman, hij kon daaraan zien welke geest de oorzaak was van de ziekte en welk dier we aan die geest moesten offeren voor genezing.” Ze begreep er niets van. “Hoe konden ze geloven dat die boze geest genezing bracht, terwijl hij ook de oorzaak was van de ziekte?” Een bevredigend antwoord kreeg ze nooit. Toen ze, na de middelbare school, naar de hoofdstad vertrok om werk te zoeken, hoorde ze voor het eerst over Jezus en leerde ze christenen kennen. “Ik zag dat ze anders waren. De eenheid, het gemeenschapsgevoel, kende ik vanuit mijn dorp. Maar wat zij deden, geven zonder iets terug te verwachten, dat kende ik niet en dat wilde ik ook.” Sinds vier jaar werkt Ailani bij OM in Laos. Ook zij heeft de training gevolgd en wordt nu klaargestoomd voor haar eerste uitzending, ergens in Azië. “Als ik alleen kijk naar wat ik kan, word ik bang. Maar ik geloof dat God mijn wegvoorbereider is. Hij zegt dat alles mogelijk is, in Hem die mij kracht geeft.”
Zoals Tik
In heel Zuid-Azië is het verplicht om acht jaar lang onderwijs te volgen. De praktijk is anders. Veel dorpelingen in Laos hebben geen toegang tot onderwijs, omdat er geen school in de omgeving te vinden is. Tik*, een jonge volgeling van Jezus uit Laos, gaat naar kinderen en tieners in die dorpen toe en helpt hen met lezen en schrijven. “Omdat ik ze wil helpen en wil dat ze Jezus leren kennen.” Ook eet hij vaak samen met Noma*, een vriendin met de ziekte lepra. Veel mensen met lepra worden gemeden in Thailand, omdat de huidziekte besmettelijk is. “Ik vertel haar over Wie Jezus is en wil graag laten zien iemand van haar kan houden. Dat doe ik oprecht. Daarom nodig ik haar steeds opnieuw uit om met bij ons te komen eten en vertel ik dat ze waardevol is. Dat zou Jezus ook hebben gedaan. Ze was verbaasd dat iemand als ik, iemand zonder ziekte, haar vriend wilde zijn.”
Ailani en Tik hebben het Goede Nieuws gehoord en het geplante zaadje mocht groeien. Maar er zijn nog ruim drie miljard mensen die nog nooit van Jezus hebben gehoord en dat aantal groeit elke dag. Help je mee met een paasgift, zodat alle mensen Hem leren kennen als hun Redder en Verlosser?